de Gelderlander Feeds - Betuwe

vrijdag 25 juni 2010

wandelen doe ik in Arnhem-Noord


Met weemoed denkt hij terug aan De Praets. Na studentenjaren in Arnhem-Noord, ging hij er samen met zijn huidige vrouw wonen in de uiterwaarden. „Vanuit de keuken zag je de plassen, de bootjes op de Rijn. Prachtig was dat.”
In hun nieuwbouwhuis in de Elster vinexwijk Westeraam schetst Lammert-Jan Strijker (44) hoe hij zes jaar geleden in het Betuwse dorp terechtkwam. Het appartement in de uiterwaarden bij Arnhem werd te klein met een kind op komst. Ze verhuisden naar Elderveld. Een compromis, want weg uit De Praets wilden ze niet, maar Arnhem-Zuid lonkte geenszins. In verwachting van dochter twee, zochten ze wat anders.
„In Arnhem-Zuid was niet echt een woning. Schuytgraaf was nog niet in ontwikkeling. Dat duurde en duurde. Op de zwemles, die de kinderen in Elst hadden, hoorden we dat hier ook huizen gebouwd werden”, zegt Strijker.
Het dorp sprak aan, zeker met opgroeiende kinderen. Elst heeft alle voorzieningen. Meer dan één sportclub, veel scholen, voortgezet onderwijs, een muziekschool en winkels. En in Westeraam is het goed wonen. Speelruimte genoeg, een goed burencontact. „Er staat nog net geen dorpspomp op het plein”, grapt hij. „Elst is groot genoeg zodat niet iedereen elkaar kent, maar toch kom je bij evenementen vaak bekende gezichten tegen. Dat is prettig.”
De belangrijkste reden voor Strijker om in Elst te wonen is het leven in een mooi dorp, maar toch dicht bij twee steden. En als arbeidsdeskundige bij uitgeverij Wegener, reist hij het hele land door. Vanuit Elst ben je ook nog eens zo de snelweg op.
De Betuwe, daar heeft hij niet zo veel mee. Een prachtig gebied, en zonde als het nu nog verder vol gebouwd zou worden, maar Strijker is meer een bosmens. „Als ik ga wandelen, ga ik toch liever naar Arnhem-Noord”, zegt hij resoluut. „Met het risico dat ik mensen tegen me in het harnas jaag, maar Westeraam voelt toch een beetje als verlengstuk van de twee steden. Ik voel me eigenlijk meer inwoner van het knooppunt Arnhem Nijmegen. Dat komt misschien ook door de spoorlijn. We wonen letterlijk wat gescheiden van het oude dorp.”

Of de verstedelijking van de Over-Betuwe erg is? Dat is dubbel, zegt hij. „De grens is bereikt. En toch, als je het hebt over die A15. Als ik naar Doetinchem moet is het wel fijn, maar zo’n brug over het Pannerdensch Kanaal is weer niet mooi. Het is het dilemma van veel mensen denk ik. Je wilt rust en natuur, maar toch ’s ochtends ook weer snel naar je werk.” Met Park Lingezegen is hij dan ook blij. „Het is heel fijn dat ze dat aanleggen. Ik heb daar een beetje mijn hoop op gevestigd. En het mag best eerder klaar zijn dan over twintig jaar.”

Lammert-Jan Strijker is geboren op 23 mei 1966, in Emmen. Hij is gehuwd, heeft twee dochters: Maren en Juulke en woont in Elst. lammert-Jan werkt als arbeidsdeskundige bij Wegener in Apeldoorn.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten